De accountmanagers van De Groot en Slot krijgen regelmatig vragen over hoe de uien erbij staan in andere Europese uienlanden. Ditmaal ging Uien magazine in gesprek met Markus Saphörster en Michael Ebner van Bejo DACH (Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland) om meer te weten te komen over de uienteelt in Oostenrijk en Zwitserland.
© De Groot en SlotMarkus Saphörster en Michael Ebner van Bejo DACH
Zwitserland
In Zwitserland wordt ongeveer 1.000 ha uien geteeld, allemaal zaaiuien. Hierbij gaat het om 300 ha overwinteringsuien om de import van uien te beperken. In een goed groeiseizoen worden er maximaal zes weken uien geïmporteerd. In de biologische teelt betreft het alleen maar transplant, in de gangbare teelt is dit ongeveer 20 procent.
Elk jaar weer is valse meeldauw een uitdaging in Zwitserland. Dit heeft te maken met het klimaat en de bosrijke omgeving van het uienteeltgebied. Waar in Nederland voornamelijk Rijnsburgers staan, worden in Zwitserland met name intermediate types geteeld. De Spaanse genetica is in opmars, deze uien geven een hogere opbrengst in droge en warme jaren. Omdat irrigatie niet overal mogelijk is, bieden de Spaanse types echt kansen. De gemiddelde opbrengst is rond de 50-60 ton/ha in de gangbare teelt. In de biologische teelt is de opbrengst nog erg jaarafhankelijk.
Oostenrijk
In het Marchveld, tussen Wenen en Slovenië, wordt in totaal 3.500 ha uien geteeld. Hiervan is ongeveer 300-350 ha overwinteringsuien. Een derde van de gangbare uien is voor de eigen markt, het overige gedeelte is bestemd voor export. De uien gaan vooral naar Oost-Europa, Griekenland en soms naar Italië. Vrijwel alle uien die in Oostenrijk worden geteeld zijn Spaanse types. Gemiddeld zijn de opbrengsten 80-110 ton/ha. Vrijwel alle uien liggen in de drip of worden beregend met sprinklers, waarbij druppelirrigatie met fertigatie toeneemt.
© De Groot en Slot
De biologische teelt in Oostenrijk is afnemend, deze trend is de laatste drie jaar gaande. Dit komt met name door inflatie en de terugval van export naar het zuiden van Duitsland. Er staan 240 ha biologische plantuien en 150 ha biologische zaaiuien. Er worden meer plantuien geteeld dan zaaiuien door de gemakkelijkere onkruidbeheersing in plantuien. Ook wordt er door de hoge valse meeldauwdruk voor plantuien gekozen, vanwege het kortere groeiseizoen.
De uien worden vaak op ruggen geteeld met drie rijen op 75 cm ruggen. Dit vergemakkelijkt de onkruidbestrijding en daarnaast gaat de wind er makkelijker doorheen. Dus een kortere bladnat periode, wat een pluspunt is ten aanzien van valse meeldauw. De helft van de biologische plantuien wordt geteeld voor de eigen markt, de andere helft is bestemd voor export.
Bron: Uien Magazine, De Groot en Slot