Hoewel de grenzen in Senegal gesloten zijn voor Nederlandse uien, ging het team van Van Meir Onions & Potatoes van vrijdag 7 tot dinsdag 11 februari wel die kant op. Directeur Leon van Meir vierde zijn 65e verjaardag en besloot het hele team, bestaande uit 22 personen, mee te nemen naar het West-Afrikaanse land. In de uienspecial van Primeur doet hij verslag.
Primeur ook ontvangen? Neem nu een abonnement
"Zelf was ik al wel een keer of vijf in Senegal geweest, twee jaar geleden nog met een groep telers, maar voor de collega's was het wel een belevenis. Je wordt tenslotte maar één keer 65, dus we hebben er maar gelijk een bijzonder uitje van gemaakt," vertelt Leon. "Hoewel de grenzen voor de uien dicht zijn, kwam de aanvoer van het lokale product nog maar mondjesmaat op gang, dus de Hollandse uien werden voor goede prijzen verkocht."
Het Van Meir-team zag ook hun eigen uien liggen op de markt in Senegal, net als de uien van andere Hollandse verpakkers. "Het blijft altijd bijzonder om Senegal te bezoeken. Het is totaal anders dan hier. Overal is het druk en het verkeer is één grote chaos. Ook wordt er nog ongelofelijk veel aan straat verkocht. Hier zeggen we weleens dat iets niet gaat, maar in Senegal lijkt het wel of alles kan," lacht Leon.
Hij heeft ook geen twijfel of Senegal de hub van Afrika blijft voor de Hollandse handel. "Men kan wel lokaal produceren, maar in het regenseizoen kunnen ze niet zaaien en oogsten, dus ze zullen in het najaar altijd importproduct nodig hebben. En het Hollandse product is er ook geliefd. Onze uien lagen er voor een hogere prijs dan de lokale oogst. Bovendien is de marktpotentie enorm. De bevolking breidt razendsnel uit en het is bizar hoeveel kinderen en rondlopen. Er worden ook overal nieuwe huizen gebouwd."
"De lokale teelt is erg gevarieerd. De uien zijn niet geel en rood, maar de kleur zit er wat tussenin en is wat rozig. Je ziet veel percelen die wij zouden bestempelen als volkstuintjes. Professionele teeltbedrijven zijn er ook, maar die worden veelal door Hollanders en Indiërs geleid," vertelt Leon. "Uienpakstations kennen ze niet. Wel zijn we bij het bonenpakstation van Fresh2You geweest waar men honderden mensen aan het werk houdt. Ze waren daar volop aan het plukken en inpakken."
Waar in Nederland de optische sortering in rap tempo zijn intrede doet, maakt dat volgens Leon voor de plaatselijke Afrikaan niet zoveel uit. "Natuurlijk moet de kwaliteit goed zijn, want die zakken uien liggen gerust twee of drie maanden in de zon, maar of de uien nu met de hand of optisch gesorteerd zijn, dat zal ze echt een worst wezen. Daarbij vond ik de kwaliteit van de optisch gesorteerde uien ook lang niet altijd meevallen. Het nadeel van die uien is dat men de onderkant van de markt ook nog weleens als klasse II in de zak wil draaien. Wij kopen liever mooie partijen bij de boer en met manueel sorteren heb je een betere kwaliteit in de zak. Dan ben je beter uit met goede mensen aan de leestafel."
Voor het personeel van Van Meir was het bezoek in elk geval een bijzondere ervaring. "Met onze telers zijn we eerder een week lang geweest, maar je kunt moeilijk je pakstation een week stilleggen. In combinatie met het weekend was het goed te doen. Het kost dan wel een lieve duit met 22 man, maar ze zullen het niet snel vergeten," lacht Leon. "We hebben als team goed gepresteerd met zijn allen, dus het was het meer dan waard."