De massale import van uien uit Nederland en Canada brengt Hondurese uientelers in de problemen. Doordat de markt het hele jaar open is voor import, lijden de lokale telers verlies. Voorheen werd import pas toegestaan na de lokale oogst, die van januari tot april plaatsvindt.
Volgens Gustavo Flores, een lokale teler, worden de uien uit Nederland en Canada momenteel verkocht voor een prijs die lager ligt dan de teeltkosten in Honduras.
De uienteelt is een belangrijke bron van werkgelegenheid in Honduras. "Als er één gewas is dat veel arbeid vraagt, dan is het de ui", zegt Flores. "Op een hectare staan zo'n 550.000 uienplanten. Om zo'n stuk grond in twee dagen te beplanten, heb je minstens vijftien mensen nodig."
Naast Nederland en Canada worden er ook uien geïmporteerd uit Guatemala en Mexico. Rolando Sosa, een teler uit het oosten van het land, maakt zich zorgen over de oogst die eind maart begint. Hij vreest dat hij zijn product niet voor een eerlijke prijs kan verkopen. "Voorheen werd rekening gehouden met de lokale oogst, maar dit jaar niet", zegt hij.
De oogstperiode duurt drie tot vier maanden. Volgens de telers zou een zak van 25 kilo tussen de €15 en €22,50 moeten opleveren, terwijl de huidige prijs slechts €12 is.
De teeltkosten zijn in de afgelopen twee jaar met meer dan 30% gestegen, mede door een tekort aan arbeidskrachten door migratie. Mauricio Galo, een teler uit Güinope, benadrukt dat de ingevoerde ui wel goedkoper is, maar dat consumenten daar nauwelijks van profiteren. "Importeurs rekenen extra kosten, en bovendien gaat het om oude uien, terwijl onze producten vers van het land komen", zegt hij.
Fredis Cerrato, minister van Economische Ontwikkeling, verklaart dat de import wordt bepaald op basis van een analyse van het ministerie van Landbouw: "Zij beoordelen of er import nodig is of dat de binnenlandse oogst voldoende groot is."
Bron: laprensa.hn